myERCO

myERCO

Met uw kosteloos myERCO account kunt u artikelen noteren, productlijsten voor uw projecten aanmaken en offertes aanvragen. Bovendien heeft u continu toegang tot alle ERCO media in het downloadgedeelte.

Aanmelden

U hebt artikelen in uw aantekenlijst

Technische omgeving

Technische omgeving

Globale standaard 220V-240V/50Hz-60Hz
Standaard VS/Canada 120V/60Hz, 277V/60Hz
  • 中文

Wij tonen u onze inhoud in het Nederlands. Productgegevens worden voor een technische omgeving met 220V-240V/50Hz-60Hz weergegeven.

Was is het melanopische lichteffect?

Grafiek Circadiaans ritme

Wisseling van de kleurtemperatuur in de loop van een (zomer-) dag

De lichtinval in het menselijk oog zorgt niet alleen voor de visuele waarneming van de omgeving, maar stuurt via de melanopsine-houdende ganglioncellen in het oog ook het circadiaans ritme, de biologische klok, van de mens. Pas in 2001 werd dit verband ontdekt.

Het melanopisch lichteffect betekent dus het niet-visuele, het sturende effect van licht.

Overzicht van het onderwerp melanopisch lichteffect

ERCO Lichtkennis is ook beschikbaar als whitepaper:

Hoe functioneert het melanopisch lichteffect?

De melanopsine-houdende ganglioncellen in het achterste, onderste gebied van het menselijk oog en, in geringe mate, ook op andere punten onder het netvlies reageren op het blauwaandeel in het licht. Bij het hogere blauwaandeel en een grotere intensiteit wordt het rusthormoon melatonine onderdrukt, terwijl de spiegel van het activerende hormoon cortisol stijgt.

Een geringer blauwlichtaandeel begunstigt de melatonineafgifte die inslapen ondersteunt. De grondslag van alle melanopische lichteffecten is de evolutionaire aanpassing van de mens aan de gesteldheid van het natuurlijke daglicht en zijn verandering gedurende de dag en het seizoen.

Welke factoren beïnvloeden het melanopisch lichteffect?

De essentiële factoren zijn:

  • De spectrale samenstelling van het licht, een hoog aandeel kortegolfstraling in het bereik van 450-500nm heeft een sterker melanopisch effect

  • Richting van de lichtinval (het grootste effect heeft het licht dat uit de bovenste halve ruimte in het hoekbereik 0°-45° ten opzichte van het horizontale vlak in het oog valt), voor het optimale effect dient de lichtbron over een zo groot mogelijke voortplanting te beschikken. Bij bedlegerige personen moet erop worden gelet dat de kijkrichting varieert, afhankelijk van de houding of de ligpositie van het hoofd.

  • Tijd en duur van de blootstelling aan licht

  • Leeftijd van de doelpersonen

Waarop dient voor het melanopisch lichteffect in de lichtplanning te worden gelet?

De links afgebeelde curve smel(λ) beschrijft de relatieve spectrale gevoeligheid van de melanopsine-houdende, lichtgevoelige ganglioncellen in het menselijk netvlies (ipRGC intrinsiek lichtgevoelige retinale ganglioncellen). De maximale waarde van de gevoeligheid ligt bij 490nm ongeveer in het blauw-cyaan-gebied van het lichtspectrum. Om het melanopisch lichteffect te kunnen plannen, heeft de lichtplanning het aandeel van het melanopisch effectieve deel van de verlichtingssterkte nodig. Ook is de vraag belangrijk hoe afhankelijk de doeltreffendheid van de leeftijd van de doelpersonen is.

De CIE S026 benoemt voor het vaststellen van het melanopisch effect de MDER (Melanopic Daylight Efficacy Ratio) – melanopische daglichtefficiëntiefactor en de MEDI (Melanopic Equivalent Daylight Illuminance) – melanopisch equivalente daglicht-verlichtingssterkte.
De MDER is voor alle leds van een bepaalde uitvoering dezelfde en wordt in het gegevensblad vermeld. De melanopisch equivalente daglicht-verlichtingssterkte MEDI resulteert uit de vermenigvuldiging van de visuele verlichtingssterkte (in lux) met de melanopische daglichtefficiëntiefactor MDER.

Voorbeeld: Als de visuele verlichtingssterkte 1000lx bedraagt en de MDER 0,468 is, dan bedraagt de MEDI 1000 x 0,468 = 468lx

Goed om te weten:
In de zorgverlening speelt het melanopisch lichteffect een bijzondere rol. Patiënten met dementie verliezen vaak het dag-nachtritme – dat kan door een lichtplanning worden tegengegaan, die rekening houdt met het melanopisch lichteffect.

Hoe hoog dient de melanopisch effectieve verlichtingssterkte te zijn?

De melanopisch effectieve verlichtingssterkte dient ten minste 250lx te bedragen. Lagere waarden hebben geen relevant effect. Dat geldt voor een persoon van 32 jaar. Voor oudere personen neemt de gevoeligheid voor de betreffende golflengtes af, terwijl ook de pupilopening zich verkleint. Daarom adviseert CIE S026 voor oudere personen correctiefactoren, waarmee de MEDI wordt vermenigvuldigd.

Vooral bij de basisverlichting moet ook worden gelet op de betreffende ruimte met zijn rijkheid aan kleuren en de reflectiefactoren. Hier zijn witte wanden en plafonds optimaal – rode tinten verminderen bijvoorbeeld het melanopisch lichteffect.

ERCO Lichtkennis is ook beschikbaar als whitepaper:

Overige onderwerpen over ledtechniek

Heeft u meer informatie nodig?

U treft uw regionale contactpersoon aan onder:

U kunt ons ook een E-mail schrijven of uw vraag direct hier stellen

Uw gegevens worden strikt vertrouwelijk behandeld. Meer informatie treft u aan onder Verklaring inzake gegevensbescherming.

Producten

Projecten

Downloads

Licht plannen

Bestand integreren

Contact

Inspiratie